Marrit Steenbergen pakt tweede titel van de avond met opnieuw een Europees record, ook nog brons

Zwemster Marrit Steenbergen heeft bij de Europese kampioenschappen kortebaan in anderhalf uur tijd twee keer goud gewonnen. Ze deed dat eerst overtuigend op de 100 meter wisselslag en vervolgens op de 200 meter vrij. Even later was er ook nog brons.

De 25-jarige Nederlandse verbeterde in Lublin in Polen haar persoonlijke record ruim, tot 56,26 seconden. Die tijd betekende ook een Europees record.

Voor Steenbergen was het haar derde medaille dit EK en de eerste individuele. Eerder won ze met Milou van Wijk, Tessa Giele en Valerie van Roon goud op de 4x50 meter vrije slag en samen met Maaike de Waard, Caspar Corbeau en Sean Niewold zilver op de 4x50 meter wisselslag gemengd.

Het zilver op de 100 meter wisselslag ging naar de Belgische Roos Vanotterdijk in 56,80, voor de Israëlische Anastasia Gorbenko (57,17). Giele werd vijfde in 57,73.

200 meter vrij

Een uur later ontving Steenbergen haar gouden medaille om vrijwel direct aansluitend zich op te maken voor de 200 meter vrij.

Steenbergen had na 25 meter al de leiding, maar met name de Britse Freya Colbert sputterde nog even tegen. Maar in de tweede 100 meter maakte ze het verschil: 1.50,33 betekende bovendien opnieuw een Europees record.

Brons op de estafette

Kon het dan nog mooier voor Steenbergen op deze donderdagavond in Polen? Ja, want op de 4x 50 meter gemengde estafette lag er nog een kans voor de 25-jarige Friezin. Met Brandon van den Berg, Niewold en Van Roon als teamgenoten moest dat gebeuren.

Maar de tank leek een beetje leeg na twee succesnummers. Het was slotzwemster Van Roon die het brons veiligstelde achter het ongenaakbare Italië - dat een wereldrecord zwom - en Hongarije.

Caspar Corbeau

Corbeau bereikte als nummer 2 de finale van de 200 meter schoolslag. Een dag na zijn Europese titel op de 100 meter schoolslag moest de 24-jarige Amerikaans-Nederlandse zwemmer nu alleen de Spanjaard Carles Coll Marti voor zich dulden: 2.01,91 om 2.01,93. Arno Kamminga mag vrijdag ook de finale zwemmen. Hij klokte met 2.04,32 de achtste tijd en had daar net genoeg aan.

Maaike de Waard eindigde in de halve finale van de 100 meter rugslag als zesde (57,26) en plaatste zich daarmee voor de finale.